Theoretisch kader
Met het starten van een schuldregeling kan de schuldproblematiek vaak worden opgelost, maar de achterliggende problematiek blijft bestaan. Om terugval te voorkomen moet er niet alleen naar de schuldenproblematiek worden gekeken, maar ook naar het gedrag van de cliënt (NVVK, 2015).
Vaak is er bij een aanmelding voor schulddienstverlening wel sprake van een hulpvraag, maar is cliënt zicht niet bewust welke verandering er nog plaats moeten vinden. Door met cliënt te bespreken hoe het doel van een schuldenvrije situatie bereikt kan worden en cliënt zelf dit proces in te laten vullen, kan de motivatie vergroot worden. Het gedragsveranderingsmodel van Prochaska en DiClemente kan in deze fase goed benut worden om te kijken in welke fase van verandering de cliënt zich bevindt (Jungmann, Calkoen, Hartogh, Hartogh, & Wesdorp, 2014).
Het gedragsveranderingsmodel van Prochaska en DiClemente is een model waarin 6 fasen leiden tot gedragsverandering. Deze fasen kunnen een vicieuze cirkel vormen.
- Precontemplatie: niet bewustzijn van de risico’s die het gedrag met zich mee brengt. Er wordt nog geen verandering overwogen.
- Contemplatie: afwegen van de voor- en nadelen van het gedrag. Wanneer men in deze fase van plan is actie te ondernemen is het tijd voor de volgende fase.
- Determinatie: voorbereiding op verandering. Het nut van het veranderen van gedrag wordt ingezien.
- Actie: het nieuwe gedrag wordt uitgeprobeerd.
- Gedragsbehoud: het nieuwe gedrag houdt aan voor minimaal 6 maanden
- Terugval: valt terug in het oude gedrag (NISB, g.d.).
Om tot gedragsverandering te komen is intrinsieke motivatie nodig. Motiverende gespreksvoering kan een belangrijke rol spelen in het vergroten van deze motivatie.
Motiverende gespreksvoering is een cliënt- en doelgerichte communicatiestijl die de motivatie probeert te vergroten door het verkennen en verminderen van tegenstrijdige gevoelens over verandering. De basis van motiverende gespreksvoering ligt bij de humanistisch georiënteerde hulpverlening die uitgaat van de innerlijke drang tot groei en positieve zelfontwikkeling van mensen (Zimbardo, Johnson, & McCann, 2009). De intrinsieke motivatie om te veranderen moet worden opgezocht en worden versterkt tijdens een gesprek. De cliënt draagt zijn eigen ideeën aan en de professional laat de cliënt nadenken over zijn keuzes en mogelijkheden. Het is bewezen dat motiverende gespreksvoering bijdraagt aan gedragsverandering van blijvende aard, omdat de cliënt zijn eigen oplossingen en veranderingen aandraagt en zijn autonomie blijft behouden (Veen & Goijarts, 2012).
Schulddienstverlening is een methodiek op zichzelf, maar is opgebouwd uit de volgende methodieken:
- crisishulpverlening
- voorwaardelijke hulpverlening
- de maatschappelijk werk methode
- psychosociale hulpverlening
- concrete en informatieve hulpverlening
- Taakgerichte hulpverlening
De combinatie van deze methodieken maakt dat schulddienstverlening breed is qua hulpverlening en mogelijkheden (Kok, 2011).
Wanneer mensen zich aanmelden voor schulddienstverlening is er vaak sprake van een crisis of een dreigende crisis. In de beleving van de cliënt is de situatie bijna altijd crisis. Binnen de crisishulpverlening probeer je de crisis in te schalen en de situatie helder in kaart te krijgen door informatie te verzamelen van schuldenaar en schuldeiser. Het is belangrijk om al schulddienstverlener sturend te zijn en door de situatie te herstructureren het crisisgevoel bij de cliënt waar mogelijk weg te nemen.
Schulddienstverlening is voorwaardelijke hulpverlening. Iemand kan alleen hulp ontvangen wanneer hij instemt met de voorwaarden welke zijn gesteld door de schulddienstverlenende organisatie. Deze voorwaarden zijn opgesteld met het doel om zo goed mogelijk te kunnen bemiddelen tussen cliënt en schuldeiser. Algemene voorwaarden zijn bijvoorbeeld; geen nieuwe schulden maken, inzicht geven in de totale financiële huishouding en aanwezig zijn op afspraken.
De maatschappelijk werk methode staat ervoor dat je als maatschappelijk werker en schulddienstverlening zelf je belangrijkste instrument bent. Door de situatie in te schatten, persoonlijk te beoordelen en op deze beoordeling in te grijpen kan er maatwerk geleverd worden.
Omdat er altijd sprake is van sociale problemen in een schuldsituatie is psychosociale hulpverlening ook een belangrijke factor. Op de eerste plaats wordt er gezorgd dat de financiën weer op order komen, maar daarnaast moet je als schulddienstverlener de cliënt ondersteuning kunnen bieden op andere levensgebieden. Dit kan zijn door een doorverwijzing naar het maatschappelijk werk of naar een andere hulpverlenende situatie.
Van concrete en informatieve hulpverlening is altijd sprake in een materiele hulpverleningssituatie zoals schulddienstverlening. Het informeren en voorlichten van cliënten moet ervoor zorgen dat zij iets leren en niet nogmaals dezelfde financiële fout begaan. Het uiteindelijke doel van informeren en voorlichten is dat de cliënt zijn financiën zelf kan regelen.
In de taakgerichte hulpverlening wordt er gewerkt met doelen. In de schulddienstverlening is het doel een schuldenvrije toekomst. Door tussendoelen te stellen met taken leert de cliënt om met zijn financiën om te gaan. Deze doelen kunnen door schulddienstverlener worden opgesteld maar ook door cliënt (Kok, 2011).
Zoals eerder genoemd is motiverende gespreksvoering ook een veel gebruikt instrument binnen de schulddienstverlening (Miller & Rollnick).
Om de methodiek schulddienstverlening uit te kunnen voeren zijn competenties nodig. Deze competenties zijn:
- Cliëntgericht werken
- Onderhandelen met verschillende partijen
- Juridische kennis en inzicht
- Een zakelijke, standvastige en integere houding
- Het bekijken van een probleem uit verschillende optieken
- Financieel inzicht hebben
- Flexibel zijn in de communicatie
- Zorgvuldigheid (Haster, 2009)
Reactie plaatsen
Reacties